Vitaliteit op de werkvloer: Wie draagt de verantwoordelijkheid?
Vitaliteit op de werkvloer is een hot topic in veel organisaties. Gezonde en energieke werknemers zijn namelijk productiever, minder vaak ziek, en dragen bij aan een positieve werksfeer. Maar wie draagt de verantwoordelijkheid voor vitaliteit op de werkvloer? Is het de werkgever of de werknemer?
De rol van de werknemer
De werknemer speelt een grote rol in zijn eigen vitaliteit. Het is belangrijk dat de werknemer de regie houdt over zijn eigen gezondheid en welzijn. Dit betekent dat de werknemer bereid moet zijn om actie te ondernemen, de vaardigheden moet hebben om de juiste keuzes te maken, en zich in een omgeving moet bevinden die dit ondersteunt.
Het is echter niet altijd eenvoudig voor werknemers om deze verantwoordelijkheid op zich te nemen. Soms ontbreekt het aan kennis over gezonde leefgewoontes, soms aan motivatie, en soms aan de juiste faciliteiten. Dit brengt ons bij de rol van de werkgever.
De rol van de werkgever
Werkgevers kunnen een groot verschil maken in de vitaliteit van hun werknemers door een ondersteunende omgeving te creëren. Dit kan op verschillende manieren gebeuren. Veel werkgevers investeren al in de ontwikkeling van hun medewerkers door opleidingen en trainingen aan te bieden. Maar waarom faciliteren we niet op dezelfde manier in de gezondheid en vitaliteit van medewerkers? Zowel kennis en gezondheid zijn namelijk nodig om het werk vol energie, veilig en goed uit te kunnen voeren.
Aandacht voor de medewerker, een goed gesprek, het aanbieden van gezonde maaltijden in de bedrijfskantine, fitnessfaciliteiten of kortingen op sportschoolabonnementen en programma’s voor mentale gezondheid zijn allemaal manieren waarop werkgevers kunnen bijdragen aan de vitaliteit van hun werknemers.
De formule voor succesvolle verandering
Als we echt verandering willen in de vitaliteit op de werkvloer, moeten we rekening houden met de formule voor succesvolle verandering van Klaas Koster (www.vitalogie.nl): R= G x C3.
R staat voor resultaat, G voor het gedrag. Het gedrag is weer afhankelijk van drie C’s: Competenties, commitment, en context.
Competenties (Kunnen en Kennen): Werknemers moeten de vaardigheden en kennis hebben om vitale keuzes te maken. Dit kan door middel van trainingen en educatieve programma’s.
Commitment (Willen/Verlangen): Werknemers moeten intrinsiek gemotiveerd zijn om gezonder te leven. Wat is hun wens of verlangen?
Context (Durven/Mogen): De werkomgeving moet het mogelijk maken voor werknemers om gezonde keuzes te maken. Dit kan door het bieden van de juiste faciliteiten en een ondersteunende omgeving.
Door deze drie elementen te combineren, kunnen werkgevers een omgeving creëren waarin werknemers niet alleen de regie over hun eigen vitaliteit kunnen houden, maar ook daadwerkelijk willen en durven pakken.
Bron: www.vitalogie.nl – Klaas Koster
Vitale werkvloer
Vitaliteit op de werkvloer is een gedeelde verantwoordelijkheid. Werknemers moeten de regie nemen over hun eigen gezondheid, maar werkgevers moeten de juiste omgeving creëren waarin dit mogelijk is. Door te investeren in zowel kennis als gezondheid kun je een werkomgeving creëren waarin iedereen vol energie, veilig en goed kan werken.